banner

Mbo-scholen, SBB en STO’s hebben de afgelopen jaren hard gewerkt om meer meisjes naar techniekopleidingen te krijgen en – eenmaal gestart in een techniekopleiding – ze succesvol te begeleiden naar een diploma. Er zijn belangrijke stappen gezet, maar het werk is nog niet klaar. Het project wordt dit jaar overgedragen aan de MBO Raad die al lange tijd betrokken is bij het project. Zij zullen de kennis en het thema borgen.

Dat we het bedrijfsleven, vanuit SBB, hebben kunnen verbinden was belangrijk en daar heeft het bedrijfsleven zelf ook baat bij”, zegt Trudy Vos, lid van het College van Bestuur van ROC van Twente en voorzitter van de Stuurgroep ‘meer meisjes in mbo Techniek’. Samen met projectmanager Floor Vink blikt ze terug op het project.

Waarom werd het project opgestart?

Trudy: “Omdat er relatief weinig meisjes in techiekopleidingen op het mbo zitten, slechts 4%. Dat is een schril contrast hoe het in andere landen gaat. Ook op het hbo en wo gaat het beter. Het is belangrijk dat meer meisjes kiezen voor mbo Techniek. We hebben de meisjes keihard nodig. Enerzijds om de pool aan aspirant arbeidskrachten te vergroten, en anderzijds omdat we het tekort aan ‘handen’ in vele sectoren deels zullen moeten oplossen met technologische oplossingen. Daarnaast weten we dat in diverse teams meer creativiteit zit en meisjes moeten dus deel uitmaken van die teams. Kijk maar naar de zorg. Daar werken heel veel vrouwen, terwijl mannen de apparaten maken waarmee ze werken. Dat is gek.”

Floor: “Er zijn ook andere voorbeelden, bijvoorbeeld crash dummy’s om auto-ongelukken te simuleren zijn gebaseerd op het lichaam van de man. Deze door mannen gedomineerde technologische teams hebben niet bedacht dat het belangrijk zou zijn om de crash ook met een vrouwenlichaam te testen. Of de stemtechnologie van Google of Alexa die minder goed werkt op vrouwenstemmen, omdat vrouwenstemmen niet zijn meegenomen in de testen.”

Inmiddels doet een enorme groep mbo-scholen mee. Wat was voor hen de belangrijkste reden?

Floor: “24 scholen zijn aangesloten en we hebben bij de afsluitende roadshows deelnemers van 27 scholen gehad. Dat is meer dan de helft van de scholen die aangesloten zijn bij de MBO Raad.”

Trudy: “De scholen wilden ook meisjes interesseren voor techniek. Ook zij spelen een rol om meer meisjes naar de sectoren te krijgen. Scholen waren bijvoorbeeld niet altijd even uitnodigend en daar wilden ze wat aan doen.”

Floor: “Als je naar de evaluaties uit het ambassadeursnetwerk kijkt naar de vraag wat het netwerk heeft gebracht, dan is een veelvoorkomend antwoord dat ze kennis hebben gekregen over het onderwerp. De theorie achter diversiteit. Die kennis hebben ze nodig om uit te kunnen leggen waarom het een belangrijk onderwerp is. Een ander antwoord dat ze gaven was dat ze het fijn vonden dat ze het gevoel kregen er niet alleen voor te staan. Het was prettig om te merken dat meer scholen moeite hadden om meer meisjes naar de technische opleidingen te krijgen en dat ze van elkaar konden leren hoe het beter kon.”

Wat is het laaghangende fruit geweest waarmee veel stappen zijn gezet?

Trudy: “Dat zijn de genderscans op scholen geweest, het genderneutraler maken van de kwalificatiedossiers en de beeldbank van SBB en het ervoor zorgen dat technische bedrijven die SBB accrediteert voor de stages meisjes met open armen ontvangen. Dat we het bedrijfsleven, vanuit de SBB, hebben kunnen verbinden was belangrijk en daar heeft het bedrijfsleven zelf ook baat bij. Anders dan op andere niveaus is het mbo veel meer verbonden met de praktijk, eigenlijk loop je vanaf dag 1 stage zeg ik wel eens gekscherend. Het is belangrijk dat ook die leeromgeving veilig is. In het kader van het betrekken van het bedrijfsleven was het ook belangrijk dat we een alliantie hebben gesloten met de sectorkamers. Daar zitten partijen als Bovag, Bouwend Nederland en FME aan tafel.”

Floor: “Kwalificatiedossiers van het SBB die we hebben herschreven met genderneutrale teksten. Beroepen kunnen door iedereen worden gedaan, maar dat bleek niet altijd uit de teksten die daarin stonden. Een voorbeeld is het gebruik van het woord timmerman. We raden aan om daar in ieder geval (m/v) achter te zetten. Het is ook mogelijk om termen als ‘medewerker timmeren’ te gebruiken. Een ander voorbeeld zijn de beroepen die wel neutraal zijn, maar waar je toch snel aan een man denkt, bijvoorbeeld de term lasser. Daar hebben we tips over gegeven hoe je ze toch inclusief kan maken. In dit geval geven we de suggestie om de term ‘medewerker lassen’ te gebruiken.

Wat zijn belangrijke stappen geweest?

Trudy: “Ik vind het moeilijk om te noemen wat echt gamechangers zijn geweest, er zijn veel stappen gezet en er is veel gebeurd. Het was bijvoorbeeld een hoogtepunt dat SBB dit thema serieus ging omarmen. Dat de beleidsmedewerkers bij OCW hebben aangegeven dat ze van dit onderwerp een serieus punt willen maken de volgende ronde van Sterk Techniek Onderwijs bedoeld om het vmbo een push te geven waar het gaat om techniekonderwijs, is ook belangrijk geweest. En in het algemeen zijn scholen zich meer bewust geworden van de noodzaak dat meer meisjes voor techniek moeten kiezen, dat is natuurlijk ook belangrijk.”

Floor: “Dat het bij SBB volledig is gaan leven, dat vind ik een van de grootste winsten. Ze voelen de urgentie en daarom wordt op eigen initiatief veel acties opgezet. Het is zo belangrijk dat de meisjes een goede eerste kennismaking hebben met het bedrijfsleven en niet binnen twee jaar na het starten van de studie weer weg zijn.”

Hoe staat het er nu voor?

Trudy: “Het aantal meisjes binnen mbo techniek stijgt wel iets, maar nog niet hard genoeg. Dus daarom gaan we er ook mee door. We zijn natuurlijk al langer met het onderwerp bezig, maar nogal gefragmenteerd (van subsidie naar subsidie). Nu wordt er samengewerkt en is het geborgd binnen organisaties. Om het goed neer te zetten, is nu eenmaal een lange adem nodig.”

Floor: “Voor VHTO is het project voorbij, maar het thema is gelukkig nog niet van de agenda. De MBO Raad maakt alle tools en contact beschikbaar op twee kennispunten, het kennispunt voor gelijke kansen, diversiteit en inclusie en het kennispunt LOB. Dat vergroot ook de vindbaarheid van de kennis voor scholen die wel zijn aangesloten bij de MBO Raad maar niet bij dit project. En als VHTO blijven we verbonden als kennispartner. We kunnen bijvoorbeeld ondersteunen als scholen genderneutrale lessen willen aanbieden.”

Trudy: “Als stuurgroep blijven we aan totdat het echt goed verankerd is bij de MBO Raad. De MBO Raad zal ook het ambassadeursnetwerk gaan faciliteren. En de BTG’s (bedrijfstakgroepen binnen het mbo) moeten het inhoudelijk op de agenda hebben.”

Waar ben je trots op?

Trudy: “Dat we het thema met de deskundige en toegewijde hulp van VHTO steeds robuuster hebben gemaakt. We hebben niet alleen scholen die ermee aan de slag zijn, maar we hebben ook de alertheid gehad om het in te bedden bij de BTG’s en de MBO Raad. En ik ben trots dat SBB zijn verantwoordelijkheid neemt en dat we de link hebben kunnen leggen met Sterk techniek onderwijs en het ministerie van OCW.”

Floor: “In coronatijd hebben we een kennisconferentie kunnen organiseren waar heel veel scholen op af zijn gekomen. Ik begrijp heel goed dat het bij de scholen niet zo hoog op de agenda stond, ze hadden immers ook andere zorgen. Dat die opkomst zo goed is geweest, laat zien hoe belangrijk scholen het thema vinden. Daar ben ik heel blij mee.”

Meer weten over de tools van het project Meer meisjes in mbo Techniek? Ga naar het artikel waarin de tips worden gedeeld.

Tekst: Rian van Heur